Categorie: A woorden

  • God heeft het volk Israël afgezonderd van alle volken op aarde (Éxodus 33:16; Leviticus 20:24). Het is Zijn volk (Deuteronomium 4:20; 27:9) en Hij is hun God (Jeremía 24:7; Ezechiël 36:28). Deze afzondering (of heiliging) betreft een andere leefwijze, het respecteren van andere inzettingen dan die van de volkeren (Leviticus…

  • Hoewel een ieder in de Bijbel voorgehouden wordt het spoor te houden en op de rechte weg te blijven (1 Samuël 12:23; Galaten 5:25; Filippenzen 3:16) wijkt men daarvan af, omdat men het Woord van God, veronachtzaamt. (Deuteronomium 9:12, 16; 17:20; 28:14) Vaak gaat men andere goden dienen (Deuteronomium 11:16;…