Categorie: A namen

  • Asahel

    Eigennaam ♂

    Betekenis: Door God gemaakt – door God aangesteld

    Bijbelverzen:

    2 Samuël 2:18 – 2 Samuël 2:19 – 2 Samuël 2:20 – 2 Samuël 2:21 – 2 Samuël 2:22 – 2 Samuël 2:23 – 2 Samuël 2:30 – 2 Samuël 2:32 – 2 Samuël 3:27 – 2 Samuël 3:30 – 2 Samuël 23:24 – 1 Kronieken 11:26 – 1 Kronieken 27:7 – 2 Kronieken 31:13 – Ezra 10:15

  • Asa-El

    Eigennaam ♂

    Betekenis: Door God gemaakt – door God aangesteld

    Bijbelverzen:

    (1 Kronieken 2:16) En hun zusters waren Zerúja en Abigáïl. De kinderen nu van Zerúja waren Abísai, en Joab, en Asa-El; drie.

  • Asaël

    Eigennaam ♂

    Betekenis: Door God gemaakt – door God aangesteld

    Bijbelverzen:

    (2 Kronieken 17:8) En met hen de Levieten, Semája en Nethánja, en Zebádja, en Asaël, en Semíramoth, en Jónathan, en Adónia, en Tóbia, en Tob-Adónia, de Levieten, en met hen de priesters Elisáma en Joram.

  • Asa

    Eigennaam ♂

    Betekenis: Heelmeester – hij genas

    De naam van twee mannen.

    1. De zoon van Abíam, kleinzoon van Rehábeam, en de derde koning van het afzonderlijke koninkrijk Juda. Hij begon te regeren twee jaar voor de dood van Jeróbeam in Israël, en hij regeerde eenenveertig jaar (953-912 v.Chr.). Aangezien Asa bij zijn aantreden nog erg jong was, werden de zaken van de regering beheerd door zijn moeder Maachah, dochter was van Absalom. (1 koningen 15:10)
    2. Een leviet, zoon van Elkana en vader van Beréchja, die als laatste een van degenen was die in de dorpen van de Netofathieten woonden bij hun terugkeer uit Babylon
    3. Koning van Juda (907-867 v. Chr.). Door een verbond met Benhadad van Damascus, die in die tijd Israël in het noorden aanviel, kon Asa de aanval van Basa op Jeruzalem afslaan. Hij wordt geprezen omdat hij afgodsbeelden en aan Baals gewijde altaren verwijderde, zelfs het afgrijselijke afgod in een bos gemaakt door koningin-moeder Máächa

    Bijbelverzen:

    1 Koningen 15:8 – 1 Koningen 15:9 – 1 Koningen 15:11 – 1 Koningen 15:13 – 1 Koningen 15:14 – 1 Koningen 15:16 – 1 Koningen 15:17 – 1 Koningen 15:18 – 1 Koningen 15:20 – 1 Koningen 15:22 – 1 Koningen 15:23 – 1 Koningen 15:24 – 1 Koningen 15:25 – 1 Koningen 15:28 – 1 Koningen 15:32 – 1 Koningen 15:33 – 1 Koningen 16:8 – 1 Koningen 16:10 – 1 Koningen 16:15 – 1 Koningen 16:23 – 1 Koningen 16:29 – 1 Koningen 22:41 – 1 Koningen 22:43 – 1 Koningen 22:46 – 1 Kronieken 2:16 – 1 Kronieken 3:10 – 1 Kronieken 9:16 – 2 Kronieken 14:1 – 2 Kronieken 14:2 – 2 Kronieken 14:8 – 2 Kronieken 14:10 – 2 Kronieken 14:11 – 2 Kronieken 14:12 – 2 Kronieken 14:13 – 2 Kronieken 15:2 – 2 Kronieken 15:8 – 2 Kronieken 15:10 – 2 Kronieken 15:16 – 2 Kronieken 15:17 – 2 Kronieken 15:19 – 2 Kronieken 16:1 – 2 Kronieken 16:2 – 2 Kronieken 16:4 – 2 Kronieken 16:6 – 2 Kronieken 16:7 – 2 Kronieken 16:10 – 2 Kronieken 16:11 – 2 Kronieken 16:12 – 2 Kronieken 16:13 – 2 Kronieken 17:2 – 2 Kronieken 20:32 – 2 Kronieken 21:12 – Jeremía 41:9 – Matthéüs 1:7 – Matthéüs 1:8

  • Arvad

    Plaatsnaam

    Betekenis: Dwalen – een toevluchtsoord voor zwervers – Omzwerven

    Een klein eiland en stad aan de kust van Syrië, genoemd in verband met het leveren van zeelieden en soldaten voor Tyrus.

    Bijbelverzen:

    (Ezechiël 27:8) De inwoners van Sidon en Arvad waren uw roeiers; uw wijzen, o Tyrus! die in u waren, die waren uw schippers.

    (Ezechiël 27:11) De kinderen van Arvad en uw heir waren rondom op uw muren, en de Gammadieten waren op uw torens; hun schilden hingen zij rondom aan uw muren; die maakten uw schoonheid volkomen.

  • Aruma

    Plaatsnaam

    Betekenis: Hoog – verheven

    Een stad vlakbij Sichem, waar Abimelech, de zoon van Gideon, woonde.

    Bijbelverzen:

    (Rechters 9:41) Abimelech nu bleef te Aruma; en Zebul verdreef Gaal en zijn broederen, dat zij te Sichem niet mochten wonen.

  • Arubbôth

    Plaatsnaam

    Betekenis: Openingen – ramen – schoorstenen

    Bijbelverzen:

    (1 Koningen 4:10) De zoon van Hesed in Arubboth; hij had daartoe Socho en het ganse land Hefer.

  • Artemas

    Eigennaam ♂

    Betekenis: Gegeven door Diana – gegeven door Artemis

    Metgezel van Paulus die hij voorstelde om naar Titus op Kreta te sturen.

    Bijbelverzen:

    (Titus 3:12)  Als ik Artemas tot u zal zenden, of Tychikus, zo benaarstig u tot mij te komen te Nikopolis; want aldaar heb ik voorgenomen te overwinteren.

  • Arthahsasta

    Eigennaam ♂

    Betekenis: Grote koning – grote krijgsman

    Hij was van 465-424 v.C. koning van het Perzische rijk

    Bijbelverzen:

    Ezra 4:7 – Ezra 4:8 – Ezra 4:11 – Ezra 4:23 – Ezra 6:14 – Ezra 7:1 – Ezra 7:7 – Ezra 7:11 – Ezra 7:12 – Ezra 7:21 – Ezra 8:1 – Nehémia 2:1 – Nehémia 5:14 – Nehémia 13:6