Rover

Grieks: leistès, aanduiding van zeloot, een guerillastrijder. Jezus werd gekruisigd tussen twee van zulke joodse vrijheidsstrijders (Matt. 27:38; vgl. Matt. 26:55; Joh. 18:40). Daarnaast gaat het over gewone struikrovers in bv. Luc....

Roede

Staf of stok om (hond of) mens te slaan en te tuchtigen (Spr. 10:13; 1 Kor. 4:21). In fig. zin wordt wel over de roede van God gesproken. Assur is een stok...

Roepen

Betekent bij zich roepen, bevelen nabij te komen (Gen. 3:9; 12:18; 24:57; 27:1 etc.). Meestal zullen anderen nabijkomen omdat zij iets moeten doen of iets moeten aanhoren of ontvangen (Gen. 24:58; Ex....