Eigennaam ♂
Betekenis: ≈ Grenzend aan – genezer
Bijbelverzen:
Genesis 10:22, Genesis 10:24, Genesis 11:10, Genesis 11:11, Genesis 11:12, Genesis 11:13, 1 Kronieken 1:17, 1 Kronieken 1:18, 1 Kronieken 1:24
Eigennaam ♂
Betekenis: ≈ Grenzend aan – genezer
Bijbelverzen:
Genesis 10:22, Genesis 10:24, Genesis 11:10, Genesis 11:11, Genesis 11:12, Genesis 11:13, 1 Kronieken 1:17, 1 Kronieken 1:18, 1 Kronieken 1:24
Eigennaam ♂
Betekenis: Deugdzaam
Bijbelverzen:
(2 Korinthe 11:32) De stadhouder van den koning Arétas in Damaskus, bezette de stad der Damaskenen, willende mij vangen;
Naam van een rotsheuvel
Betekenis: De heuvel van Mars
De heuvel van Ares in Athene, waar recht werd gesproken en vergaderd en waar Paulus zijn beroemde toespraak hield over de onbekende God (Handelingen 17:19, 22).
Bijbelverzen:
(Handelingen 17:19) En zij namen hem, en brachten hem op de plaats, genaamd Areópagus, zeggende: Kunnen wij niet weten, welke deze nieuwe leer zij, daar gij van spreekt?
(Handelingen 17:22) En Paulus, staande in het midden van de plaats, genaamd Areópagus, zeide: Gij mannen van Athéne! ik bemerke, dat gij alleszins gelijk als godsdienstiger zijt.
Eigennaam ♂
Betekenis: Leeuw van mijn God – held – zoon van een held
Bijbelverzen:
(Genesis 46:16) En de zonen van Gad: Zifjon en Haggi, Schuni en Ezbon, Eri en Aródi, en Aréli.
(Numeri 26:17) Van Arod het geslacht der Arodieten; van Aréli het geslacht der Arélieten.
Eigennaam ♂
Betekenis: Vluchteling – voortvluchtig
Bijbelverzen:
(1 Kronieken 2:18) Kaleb nu, de zoon van Hezron, gewon kinderen uit Azúba, zijn vrouw, en uit Jeríoth. En de zonen van deze zijn: Jeser, en Sobab, en Ardon.
Eigennaam ♂
Betekenis: Dwalen – vluchteling – voortvluchtig
Bijbelverzen:
(Genesis 46:21) En de zonen van Benjamin: Bela, Becher en Asbel, Gera en Náäman, Echi en Rôs, Muppim en Huppim, en Ard.
(Numeri 26:40) En de zonen van Bela waren Ard en Náäman; van Ard het geslacht der Ardieten; van Náäman het geslacht der Naämieten.
Eigennaam ♂
Betekenis: Stalmeester – meester van het paard
Bijbelverzen:
(Kolossenzen 4:17) En zegt aan Archippus: Zie op de bediening, die gij aangenomen hebt in den Heere, dat gij die vervult.
(Filémon 1:2) En aan Appia, de geliefde, en aan Archippus, onzen medestrijder, en aan de Gemeente, die te uwen huize is:
Eigennaam ♂
Betekenis: Prins van het volk – vorst van het volk – baas
Bijbelverzen:
(Matthéüs 2:22) Maar als hij hoorde, dat Archeláüs in Judéa koning was, in de plaats van zijn vader Heródes, vreesde hij daarheen te gaan; maar door Goddelijke openbaring vermaand in den droom, is hij vertrokken in de delen van Galiléa.
Eigennaam ♂
Betekenis: Vier – plein
Stad van Arba = Hebron
Bijbelverzen:
(Jozua 15:13) Doch Kaleb, den zoon van Jefunne, had hij een deel gegeven in het midden der kinderen van Juda, naar den mond des HEEREN tot Jozua, de stad van Arba, vader van Enak, dat is Hebron.
(Jozua 21:11) Zo gaven zij hun de stad van Arba, den vader van Anok (zij is Hebron), op den berg van Juda, en haar voorsteden rondom haar.
Naam van gebergte
Betekenis: ≈ Een boog – de vloek van beven – dalend gebergte
Bijbelverzen:
(Genesis 8:4) En de ark rustte in de zevende maand, op den zeventienden dag der maand, op de bergen van Ararat.
(2 Koningen 19:37) Het geschiedde nu, als hij in het huis van Nisroch, zijn god, zich nederboog, dat Adramélech en Sarézer, zijn zonen, hem met het zwaard versloegen; doch zij ontkwamen in het land van Ararat; en Esar-Haddon, zijn zoon, werd koning in zijn plaats.
(Jesaja 37:38) Het geschiedde nu, als hij in het huis van Nisroch, zijn god, zich nederboog, dat Adramélech en Sarézer, zijn zonen, hem met het zwaard versloegen; doch zij ontkwamen in het land van Ararat; en Esar-Haddon, zijn zoon, werd koning in zijn plaats.
(Jeremía 51:27) Verheft de banier in het land, blaast de bazuin onder de heidenen, heiligt de heidenen tegen haar, roept tegen haar bijeen de koninkrijken van Ararat, Minni en Askenaz; bestelt een krijgsoverste tegen haar, brengt paarden opwaarts, als ruige kevers!