Leugen

Gr. pseudos. Men kan niet alleen een leugen zeggen (Ex. 20:16), maar ook doen (Openb. 21:27; 22:15), nl. door verraderlijk te handelen (2 Sam. 18:13), God ontkennen (Jer. 5:12), zich uitgeven voor...

Leugenprofeet

Gr. pseudoprophètès, de profeet die spreekt in eigen naam of in naam van een vreemde god; die zegt wat niet uitkomt; wat de mensen graag horen; vooral aan eigen gewin denkt (Deut....

Leven

We vinden in de bijbel geen definitie van leven. Er wordt evenwel suggestief over gesproken, zodat bepaalde omschrijvingen mogelijk zijn. Leven is ademen (Gen. 2:7; Deut. 20:16; Job 33:14; Jes. 57:16), eten,...

Lasteren

Hebr. werkwoord dat smalen, geringschattend behandelen, brandmerken betekent, Gr. blasfemia. Niet alleen het vervloeken of beschimpen van God wordt bestraft (Lev. 24:16), ook wie een medemens lastert is schuldig (Ps. 101:5; 1...

Laagte

Hebr. sjefela, het heuvelland tussen de kustvlakte en het bergland van Juda-Samaria, gemiddeld 200-400 m hoog (Deut. 1:7; Joz. 9:1; Zach. 7:7). Het is een vrucht-baar gebied (1 Kon. 10:27; Jer. 32:44;...

Latijn

Grieks: romaisti, de taal van Rome, treffen wij aan in het opschrift boven het kruis. Naast het Grieks de ambtelijke taal in de Romeinse provincie Syrië. De bekende afkorting I.N.R.I. slaat op...