Categorie: D namen

  • Derbe

    G1191 – δέρβη (derbē)

    Plaatsnaam

    Betekenis:
    ≈ Een steek – looier

    Omschrijving

    Een kleine stad in het oostelijke deel van de hoogvlakte van Lykaónië, ongeveer 32 km van Lystre.

    Bijbelverzen

    nt5-14:6 Handelingen 14:6 , nt5-14:20 Handelingen 14:20 , nt5-16:1 Handelingen 16:1 , nt5-20:4 Handelingen 20:4

  • Demétrius

    G1216 – Δημήτριος (Dēmētrios)

    Eigennaam ♂

    Betekenis:
    behorend tot Ceres (godin)

    Omschrijving

    1. Een maker van zilveren heiligdommen van Artemis in Efeze. Dit waren kleine modellen van de tempel van Artemis. Haar beeld nam men gewoonlijk mee op reizen en ze werden op huizen geplaatst.
    2. Een discipel. Mogelijk de eerste bekeerde Demétrius, maar dit is twijfelachtig.

    Bijbelverzen

    nt5-19:24 Handelingen 19:24 , nt5-19:38 Handelingen 19:38 , nt25-1:12 3 Johannes 1:12 ,

  • Démas

    G1214 – Δημᾶς (Dēmas)

    Eigennaam ♂

    Betekenis:
    Populair – man van het volk

    Omschrijving

    Een metgezel van Paulus tijdens zijn eerste gevangenschap in Rome. Later vinden we dat hij Paulus in de steek heeft gelaten uit liefde voor deze “tegenwoordige wereld” en is hij naar Thessaloníca gegaan.

    Bijbelverzen

    nt12-4:14 Kolossenzen 4:14 , nt16-4:10 2 Timótheüs 4:10 , nt18-1:24 Filémon 1:24

  • Delíla

    H1807 – דְּלִילָה (delı̂ylâh)

    Eigennaam ♀

    Betekenis:
    Wegkwijnen – de wegkwijnende

    Omschrijving

    De vrouw die Simson aan de Filistijnen verraadde. Ze was vermoedelijk een Filistijn, al wordt dat niet uitdrukkelijk vermeld.

    Bijbelverzen

    ot7-16:4 Richteren 16:4 , ot7-16:6 Richteren 16:6 , ot7-16:10 Richteren 16:10 , ot7-16:12 Richteren 16:12 , ot7-16:13 Richteren 16:13 , ot7-16:18 Richteren 16:18 ,

  • Delája

    H1806
    דְּלָיָה delâyâh
    דְּלָיָהוּ delâyâhû
    Eigennaam ♂

    Betekenis:
    Opgetrokken door de Heer – verlost door de Heer

    Omschrijving

    1. Nakomeling van David;
    2. Een priester uit de tijd van David;
    3. Eén van de mannen die, met Zerubbábel, terugkeerde uit de ballingschap;
    4. De zoon van Mehetábeël en de vader van Semája;
    5. Een hoofd van de familie die niet kon aantonen dat ze tot Israël behoorden;
    6. Een vorst van Juda.

    Bijbelverzen

    ot13-3:24 1 Kronieken 3:24 , ot13-24:18 1 Kronieken 24:18 , ot15-2:60 Ezra 2:60 , ot16-6:10 Nehémia 6:10 , ot16-7:62 Nehémia 7:62 , ot24-36:12 Jeremía 36:12 , ot24-36:25 Jeremía 36:25 .

  • Dekápolis

    G1179 – Δεκάπολις (Dekapolis)

    Naam van een gebied

    Betekenis:
    Tien steden

    Omschrijving

    Letterlijk: 10 steden. Het is een gebied dat ten oosten van de Jordaan lag en ten zuidoosten van het meer van Galilea.

    Bijbelverzen

    nt1-4:25 Mattheüs 4:25 , nt2-5:20 Markus 5:20 , nt2-7:31 Markus 7:31 .

  • Dehuël

    H1845 – דְּעוּאֵל (de‛û’êl)

    Eigennaam ♂

    Betekenis:
    aanroeping van God – kennis van God

    Omschrijving

    Vader van Eljasaf, de aanvoerder van de stam van Gad, in de tijd van de telling van het volk bij de Sinaï.

    Bijbelverzen

    ot4-1:14 Numeri 1:14 , ot4-7:42 Numeri 7:42 , ot4-7:47 Numeri 7:47 , ot4-10:20 Numeri 10:20 .

  • Dedan

    H1719
    דְּדָן dedân
    דְּדָנֶה dedâneh
    Eigennaam ♂ & Plaatsnaam

    Betekenis:
    Laagland

    Omschrijving

    1. Kleinzoon van Cham;
    2. Kleinzoon van Abraham;
    3. Plaats in Edom.

    Bijbelverzen

    ot1-10:7 Genesis 10:7 , ot1-25:3 Genesis 25:3 , ot13-1:9 1 Kronieken 1:9 , ot13-1:32 1 Kronieken 1:32 , ot24-25:23 Jeremía 25:23 , ot24-49:8 Jeremía 49:8 , ot26-25:13 Ezechiël 25:13 , ot26-27:15 Ezechiël 27:15 , ot26-27:20 Ezechiël 27:20 , ot26-38:13 Ezechiël 38:13 .

  • Debora

    SH1683
    דְּבוֹרָה debôrâh
    דְּבֹרָה debôrâh
    Eigennaam ♀

    Betekenis:
    Honingbij

    Omschrijving

    1. De voedster van Rebekka;
    2. Een profetes in Israël vóór de tijd van de koningen.

    Bijbelverzen

    ot1-35:8 Genesis 35:8 , ot7-4:4 Richteren 4:4 , ot7-4:5 Richteren 4:5 , ot7-4:9 Richteren 4:9 , ot7-4:10 Richteren 4:10 , ot7-4:14 Richteren 4:14 , ot7-5:1 Richteren 5:1 , ot7-5:7 Richteren 5:7 , ot7-5:12 Richteren 5:12 , ot7-5:15 Richteren 5:15 .

  • Debir

    H1688
    דְּבִיר debı̂yr
    דְּבִר debir
    Eigennaam ♂ & Plaatsnaam

    Betekenis:
    Heiligdom

    Omschrijving

    1. Een stad in de bergen van Juda
    2. Een plaats aan de noordgrens van Juda
    3. De “grens van Debir” wordt genoemd als onderdeel van de grens van Gad, blijkbaar niet ver van Mahanáïm.
    4. Koning van Eglon; een van de vijf koningen, opgehangen door Joshua.

    Bijbelverzen

    ot6-10:3 Jozua 10:3 , ot6-10:38 Jozua 10:38 , ot6-10:39 Jozua 10:39 , ot6-11:21 Jozua 11:21 , ot6-12:13 Jozua 12:13 , ot6-13:26 Jozua 13:26 , ot6-15:7 Jozua 15:7 , ot6-15:15 Jozua 15:15 , ot6-15:49 Jozua 15:49 , ot6-21:15 Jozua 21:15 , ot7-1:11 Richteren 1:11 , ot13-6:58 1 Kronieken 6:58 .