Alfa en Oméga


De alfa is de eerste en oméga de laatste letter van het Griekse alfabet. God en Christus noemen zich de Alfa en de Oméga, het Begin en het Einde: (Openbaring 1:8) “Ik ben de Alfa en de Oméga, het Begin en het Einde, zegt de Heere, Die is, en Die was, en Die komen zal, de Almachtige.” (Openbaring 21:6) “En Hij sprak tot mij: Het is geschied. Ik ben de Alfa en de Oméga, het Begin en het Einde. Ik zal den dorstige geven uit de fontein van het water des levens voor niet.”

Als Jezus aan Johannes op Patmos verschijnt geeft Hij Johannes de opdracht om alles wat hij ziet op te schrijven in een boek en dat te sturen aan de zeven gemeenten van Azië. Ook daar zegt de Heere dat hij de Eerste en de Laatste is: (Openbaring 1:17) En toen ik Hem zag, viel ik als dood aan Zijn voeten; en Hij leide Zijn rechterhand op mij, zeggende tot mij: Vrees niet; Ik ben de Eerste en de Laatste; (18) En Die leef, en Ik ben dood geweest; en zie, Ik ben levend in alle eeuwigheid. Amen. En Ik heb de sleutels der hel en des doods. Vergelijk: Jesaja 44:6.

Dat Christus zichzelf zo noemt, betekent dat Hij er al was vóór de wereld, voordat de wereldgeschiedenis begon en dat Hij er zijn zal, wanneer de wereldgeschiedenis eindigt, het vergankelijke ophoudt en alles eeuwig en onvergankelijk zal zijn. Het bewijst, dat Hij niet geschapen is, maar dat Hij hetzelfde goddelijke Wezen met de Vader deelachtig is en het symboliseert Gods almacht.

De uitspraak ‘Alfa en Oméga’ komt 4 keer voor in de Bijbel, alleen in het boek Openbaring (1:8; 1:11; 21:6; 22:13).


Zoekterm

Alfa en Oméga


Vertalingen

Engels: Alpha and Omega

Duits: das A und das O

Hebreeuws: niet van toepassing

Grieks: Alfa = α, Omega = Ω


Betekenis

van Dale

Alfa
al·fa (meervoud: alfa’s)
(v(m)) eerste letter van het Griekse alfabet: alfa en omega het begin en het einde; alles
Omega
omega, (figuurlijk) slot, besluit: alfa en omega het begin en het einde; alles

Strong  (via The Word)

Alfa
G1 α a (al’-fah) n.
ἄν an (an’) [before a vowel]

  1. Alpha, the first letter of the alphabet.
  2. (numerically) the first.
  3. (figuratively) only.
  4. (prefix, commonly) not, without (a-, an-, i.e. amoral, anarchy).
  5. (prefix, occasionally) in the sense of a union (a-, i.e. akin, “adelphos” which is Greek for “brother” or “of same womb”).
    {Often used as a prefix in composition in the sense of privation (as a contraction from G427); occasionally in the sense of union (as a contraction of G260)}
    [of Hebrew origin]
    KJV: Alpha
    Compare: G427, G260

Omega
G5598 Ω omega (ō’-meg-a) n.

  1. the last letter of the Greek alphabet.
  2. (figuratively) the finality.
    [Greek letter]
    KJV: Omega
    Compare: G5586

Typologie

De eerste en de laatste letter van het Griekse alfabet worden typologisch gebruikt als aanduiding voor God, namelijk de Eerste en de Laatste.


Bijbelverzen

De beide woorden komen in 4 bijbelverzen voor:

(Openbaring 1:8) Ik ben de Alfa en de Oméga, het Begin en het Einde, zegt de Heere, Die is, en Die was, en Die komen zal, de Almachtige.

(Openbaring 1:11) Zeggende: Ik ben de Alfa en de Oméga, de Eerste en de Laatste; en hetgeen gij ziet, schrijf dat in een boek, en zend het aan de zeven Gemeenten, die in Azië zijn, namelijk naar Éfeze, en naar Smyrna, en naar Pérgamus, en naar Thyatíre, en naar Sardis, en naar Filadelfía, en naar Laodicéa.

(Openbaring 21:6) En Hij sprak tot mij: Het is geschied. Ik ben de Alfa en de Oméga, het Begin en het Einde. Ik zal den dorstige geven uit de fontein van het water des levens voor niet.

(Openbaring 22:13) Ik ben de Alfa, en de Oméga, het Begin en het Einde; de Eerste en de Laatste.

Deel dit artikel op: