Zie: Dieren
Categorie: K woorden
-
Koninkrijk van priesters
Zoals priesters dienst doen in het heiligdom ten behoeve van het volk, heeft het gehele volk Israël een priesterlijke roeping t.a.v. de volkeren (Ex. 19:6; vgl. Jes. 61:6). Zoals een priester mensen dichter bij God brengt, zal Israël de wereld doen komen tot Hem en zijn gerechtigheid. Petrus heeft de gemeente aan deze opdracht herinnerd: ‘gij zijt een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterschap, om de grote daden van God te verkondigen…’ (1 Petr. 2:9).
-
Koper
Door de mogelijkheid kopererts op houtskoolvuur uit te smelten konden bronzen voorwerpen gemaakt worden (± 3500 v. Chr., begin van het bronzen tijdperk). David en Salomo exploiteerden kopermijnen in de Araba (vgl. smeltovens, Jes. 48:10; Spr. 27:21). We lezen over koperen helmen (1 Sam. 17:5, 38), zuilen (1 Kon. 7:15), raderen en assen (7:30), pannen (Num. 16:39), deuren (Ps. 107:16; Jes. 45:2).
In de tempel vinden we een koperen altaar (1 Kon. 8:64), 10 koperen (rijdende) wasvaten (1 Kon. 7:27-39; 2 Kron. 4:6) en de koperen zee, een groot waterbassin, symbool van de wereldoceaan (1 Kon. 7:23-26; 2 Kron. 4:6). In de woestijn werd een koperen slang gemaakt, die een rol speelde in de afwending van een slangenplaag (Num. 21:4-9). Hizkia heeft zulk een slangenbeeld, dat een idool was geworden, vernietigd (2 Kon. 18:4). Joh. 3:14 vergelijkt het oprichten van de koperen slang met de verhoging van de Messias aan het kruis. Een tegenstander van Paulus was Alexander de koperslager (2 Tim. 4:14). Hij zal o.a. ook kopergeld hebben gemaakt (Mare. 12:4 v). -
Kwijtschelding
Is wettelijk vastgesteld afstand-doen van eigendomsrechten op grond en doorstrepen van schulden of vrijlating van slaven. Want de HEER is de grote Eigenaar (Lev. 25:23). Deze kwijtschelding is verbonden geweest met het jaar der kwijtschelding, om de 7 jaar (Ex. 21:2; Deut. 15:1 w; 3 1:10 vv). Nehemia liet dit jaar samenvallen met het sabbatsjaar (10:31). In de gelijkenis van Matt. 18:23 vv is sprake van vrijlating van een slaaf en het opheffen van schulden. In overdrachtelijke zin spreekt Paulus over de kwijtschelding door de Christus aan het kruis (Kol. 2:13).
Apostelen krijgen van Hem de volmacht van zonde-schuld te ontheffen of deze vast te stellen (Joh. 20:23). -
Korach
Kaal, zo heet o.a. de Leviet die met Dathan en Abiram tegen Mozes rebelleert en door de aarde verzwolgen wordt (Num. 16; 26:10). De Korachieten zijn een Levietengroep die als poortwachters en zangers dienst doet (1 Kron. 9:19; 26:1, 19; 2 Kron. 20:19; vgl. Ps. 42:1; 45:1, etc.).
-
Korban
Offer (Lev. 1:2, Num. 7:3). Als Jezus over een korban spreekt (Markus 7:11) gaat het over een gelofte-geschenk dat aan de tempel wordt toegezegd. Zulk een korban kan een manier zijn om te ontkomen aan de plicht ouders te eren en te verzorgen (Ex. 20:12).