Een lotsorakel door middel waarvan men God raadpleegde (Ex. 28:30). Waarschijnlijk manipuleerde men met staafjes die de hogepriester in zijn borstzak meedroeg (Ex. 28:30; Lev. 8:8; vgl. Num.
Gr. hoora. Jezus spreekt in het Johannes-evangelie herhaaldelijk over ‘mijn uur’. Hij doelt daarmee op het tijdstip waarop Hij zich het duidelijkst zal manifesteren, als Hij ‘verheerlijkt’ wordt, d.w.z. wanneer Hij lijdt...
Mijn kracht is de HEER, koning van Juda (787-736 v. Chr.), die ook Azarja genoemd wordt (2 Kon. 14:21; 15:13, 30-34; Jes. 1:1; Am.1:1; 2 Kron. 26). De laatste 20 jaar van...