Categorie: O woorden
-
In de Romeinse tijd kon een Hogepriester, die voordien zijn ambt voor het leven bekleedde, ontslagen worden. Vanaf 37 v. Chr. tot 70 n. Chr. waren er 28 hogepriesters. Ook als zij van hun ambt ontheven waren, bleven ze ‘Hogepriester’ of overpriester’. Zij zaten samen met Oudste|Oudsten en Schriftgeleerden in…
-
Vaak een familiehoofd of oudste (Num. 7:2-84; 3:24; Ezra 1:5). In de tijd van het n.t. zijn de oversten van het volk de leden van de volksvergadering (Luc. 23:13; 24:20; Joh. 3:1; Hand. 3:17; 13:27). Jalrus was een overste van de synagoge, het hoofd van een plaatselijke joodse gemeente (Mare.…