Hebr. masjiéach, aramees mesjiécha, Grieks christos. De zalving met heilige zalf die een onderdeel is van de priester-en konings-wijding: symbool van de gave van de Geest (Ex. 29:7; 40:15; Richt. 9:8; 1...
In Matt. 19:12 spreekt Jezus over ‘gesnedenen’. Elders worden zij ontmanden genoemd. Dat zijn eunuchen, kamerdienaren in koninklijke paleizen, bewakers der vrouwen (Est. 2:3, 14). Volgens Deut. 23:1 zijn zij uitgesloten uit...
Een getal is vaak meer dan de aanduiding van een hoeveelheid. Getallen zijn dikwijls veelzeggend. Zo spreekt het aantal van 12 leerlingen van Jezus over de 12 stamhoofden van Israël (Luc. 22:3),...
Afgesneden stuk, stad 25 km w. van Jeruzalem, door Egypte aan Salomo geschonken en door deze herbouwd (Jozua 10:33; 21:21; Richt. 1:29; 1 Kon. 9:15-17).