Categorie: B namen

  • Báësa

    Eigennaam ♂

    Betekenis: Moed – dapperheid – met plezier

    De derde koning van het afzonderlijke koninkrijk Israël. De stad Tirza maakte hij tot de hoofdstad van zijn koninkrijk en daar werd hij, na een bewogen regering van vierentwintig jaar, begraven. Vanwege zijn afgoderij werd zijn familie uitgeroeid.

    Bijbelverzen:

    1 Koningen 15:16 – 1 Koningen 15:17 – 1 Koningen 15:19 – 1 Koningen 15:21 – 1 Koningen 15:22 – 1 Koningen 15:27 – 1 Koningen 15:28 – 1 Koningen 15:32 – 1 Koningen 15:33 – 1 Koningen 16:1 – 1 Koningen 16:3 – 1 Koningen 16:4 – 1 Koningen 16:5 – 1 Koningen 16:6 – 1 Koningen 16:7 – 1 Koningen 16:8 – 1 Koningen 16:11 – 1 Koningen 16:12 – 1 Koningen 16:13 – 1 Koningen 21:22 – 2 Koningen 9:9 – 2 Kronieken 16:1 – 2 Kronieken 16:3 – 2 Kronieken 16:5 – 2 Kronieken 16:6 – Jeremía 41:9

  • Baëna

    Eigennaam ♂

    Betekenis: In verdrukking –

    1. Oversten van benden van Sauls zoon Jónathan.
    2. Een uit de Babylonische ballingschap teruggekeerde man uit de stam Juda.
    3. Vader van Zadok en één van de mannen van het volk van Israël.

    Bijbelverzen:

    2 Samuël 4:2 – 2 Samuël 4:5 – 2 Samuël 4:6 – 2 Samuël 4:9 – 2 Samuël 23:29 – Ezra 2:2 – Nehémia 3:4 – Nehémia 7:7