Golgotha

Aramees: gulgolta, vgl. het hebr. gulgólet = schedel, Luc. 23:33, een heuvel die de vorm heeft van een hoofd. Het was een plaats van executies dicht bij de stad Jeruzalem (Joh. 19:20)...

Golan

Een asiel- of vrijstad in het over-jordaanse Manasse (Deut. 4:43; Joz. 20:8), volgens 1 Kron. 6:71 levietenstad. De streek er omheen heet Gaulanitis, ten n. van de Jarmuk, ten o. van het...

Gog en Magog

In Openb. 20:8 worden deze beide namen, genoemd, in navolging van Ez. 38 en 39, waar echter een profetie vermeld wordt tegen een heerser Gog in het land Magog. Deze Gog trekt...

Goedertierenheid

Het Griekse chréstotés (hangt samen met een werkwoord gebruiken) = bruikbaarheid. Iemand is goedertieren, bruikbaar wanneer hij een ander vriendelijk gezind is (1 Kor. 13:4; Gal. 5:22; Kol. 3:12). Het oudtestamentisehe chéséd...

Goed

Hebr. toof, gr. agathos of kalos, heeft verschillende betekenissen. Het woord goed wijst vooral op het deugdelijk, doelmatig zijn, doen wat men is. Zo is het land goed als er veel op...

Godsvrucht

Grieks eusebeia, godvrezendheid, de instelling van mensen die Gods geboden ernstig nemen en respecteren. Job was godvrezend, hij hield het kwaad op een afstand (1:1). Ook Cornelius en Ananias worden godvrezend genoemd...