Ooi. De jongste dochter van Laban, de 2e vrouw van Jakob, moeder van Jozef en Benjamin (Gen. 30:22-24; 35:18). In Jer. 31:15-17 en Matt. 2:17 wordt ze genoemd als stammoeder van Israël...
Ruim, breed. De hoer in Jericho die de verspieders van Jozua redde en als beloning hiervoor door de Israëlieten bij de verovering van de stad gespaard werd (Joz. 2:1 vv). Zij wordt...
Mijn grote, mijn heer, Aramees: rabboeni = mijn meester (Joh. 20:16). Jezus werd door het volk met rabbi aangesproken (Matt. 26:25; Mare. 9:5; Joh. 1:39), omdat men hem zag als een vereerd...
Grote stad. Centrum van het land der Ammonieten, bij de bronnen van de rivier de Jabok (2 Sam. 12:26 w); o.a. door David veroverd en door profeten bedreigd (Ez. 21:20; Amos 1:14)....
Dienaar van de koning met wie deze zijn plannen en beslissingen besprak (Jes. 3:3; Job 3:14). Achitofel was zulk een vertrouweling (2 Sam. 15:12). N.a.v. dit soort dienaren stelt men zich ook...