Smid (?); eerste zoon van Adam en Eva, die zijn broer Abel doodde (Gen. 4:1, 8), vader van de Kenieten, een zwervende herdersstam die ook als smeden bekend stonden (Richt. 4:11, 17;...
Land van herkomst van de Filistijnen (Jer. 47:4), in de regel beschouwd als een andere naam voor Kreta. De profeet prikt de hoogmoed van Israël door met een verwijzing naar Kaftor (Amos...
De schutblaadjes en schilfers van het gedorste koren die in vergelijkingen als iets zeer lichts en als waardeloze rommel worden gekenschetst (Job. 21:18; Hos. 13:3; Matt. 3:12). De ‘bergen’ die gedorst worden...
Gewijd, plaats ± 80 km ten zuiden van Berseba bij de bron En-Mispat (Gen. 14:7; Num. 27:14), voluit Kades-Barnéa (Deut. 1:2; Num. 32:8), waar de Israëlieten op hun woestijntocht lange tijd vertoefden...
Het scheren van hoofdhaar en baard als rouwgebruik (Jes. 15:2; Jer. 48:31; Amos 8:10) was in Israël verboden (Lev. 19:27 v; Deut. 14:1; Ez. 44:20). Kaalscheren van bv. gevangenen of slaven betekende...