Hebr. hisjtachawa, neerbuigen. Hoewel in de tempel staande werd gebeden en gezongen, de houding van hen die dienstvaardig zijn (2 Kon. 5:11; 2 Kron. 7:6; Ps. 141:2; Luc. 18:11), wordt toch ook...
Hebr. ‘ébéd, lijfeigene, ondergeschikte, onderdaan, vazal, krijgsknecht, beambte, minister, allen die een adoon, een heer, meester, hebben. De knechten van een koning zijn vrije mensen van uiteenlopende positie: de soldaat, officier, aanvoerder,...
De kleuren wit, scharlaken, purperrood en purperpaars komen in de aankleding van de tabernakel en de priesterkleding voor, die overigens in hoofdzaak wit was (Ex. 39:1, 22 w; 38:18; 36:37). In Jes....