Categorie: E woorden

  • Eer

    Het Hebr. woord voor eer, kabood, betekent: zwaarte, gewicht. Het is erg belangrijk dat mensen niet als lichte pluisjes neerdwarrelen en weggeblazen worden, maar hun plaats hebben, hun eigen waarde en waardigheid, aanzien ontvangen. Eert allen, hebt de broederschap lief, zegt de apostel (1 Petr. 2:17). Er is bijzondere reden aan te dringen op het respect voor onze ouders (Ex. 20:12; Matt. 15:4; Ef. 6:2). Het zal niet onze voornaamste zorg zijn dat wijzelf geëerd worden, maar Hij die ons zendt (Ps. 29:1; Joh. 7:18; 8:50; 12:43). Wij zullen vooral moeten leren God de eer te geven die Hem toekomt. Dit gebeurt door schuldbelijdenis (Jer. 14:7), het verkondigen van Zijn daden (Jes. 66:19), door de zorg voor de armen (Spr, 14:31), door Zijn werken (Jes. 43:7). Een van deze werken is de geboorte van de Messias. Daar wordt de eer van God openbaar blijkens de engelenzang (Luc. 2:13). Op veel plaatsen wordt het woord kabood met heerlijkheid van God vertaald. Zij is een Licht, een stralende Glans (Ex. 16:7; 24:16) die zich in een wolk verbergt (Ex. 16:10; 40:34; 1 Kon. 8:11; Matt. 17:5).

  • Eerste en Laatste

    De eerste is de voornaamste (Job 15:7; Mare. 12:28) en de laatste is de onbelangrijkste. ‘Vele eersten zullen de laatsten zijn en vele laatsten de eersten’ (Matt. 19:30). Wanneer van God gezegd wordt dat Hij de eerste is (Jes. 41:4) dan wordt erdoor benadrukt, dat Hij roept en schept. Hij is de Aanvoerder in de rij der machten. Hij wordt ook de Eerste en de Laatste genoemd, de eerste tot en met de laatste, d.w.z. Hij is de Alomvattende: buiten Hem is er geen god (Jes. 44:6; 48:12; Openb. 1:8 alfa en omega). Op de macht van de Messias Jezus over de dood en het dodenrijk wordt gewezen als deze goddelijke titel ook aan Hem wordt verleend (Openb. 1:17; 2:8; 22:13).