Admátha


Eigennaam ♂

Betekenis: Donkerbruin, ≈ onoverwonnen

Bijbelverzen:

(Esther 1:14) De naasten nu bij hem waren Cársena, Sethar, Admátha, Tharsis, Meres, Mársena, Memúchan, zeven vorsten der Perzen en der Meden, die het aangezicht des konings zagen, die vooraan zaten in het koninkrijk),