Eigennaam ♂
Betekenis: Schande – oneer – verachting
- Een zoon van Nachor
- Een nakomeling van Gad
Bijbelverzen:
(Genesis 22:21) Uz, zijn eerstgeborene, en Buz, zijn broeder, en Kemuël, den vader van Aram,
(1 Kronieken 5:14) Dezen zijn de kinderen van Abiháïl, den zoon van Huri, den zoon van Jaróah, den zoon van Gílead, den zoon van Michaël, den zoon van Jesísai, den zoon van Jahdo, den zoon van Buz.
(Jeremía 25:23) Dedan, en Thema, en Buz, en allen, die aan de hoeken afgekort zijn;