Bitja


Eigennaam ♀

Betekenis: Dochter van de Heer

De dochter van een Faraö die met Mered trouwde, een afstammeling van Juda. Of deze Faraö een Egyptische koning was, of dat het in dit geval een Hebreeuwse naam was, is onduidelijk.

Bijbelverzen:

(1 Kronieken 4:18) En zijn Joodse huisvrouw baarde Jered, den vader van Gedor, en Heber, den vader van Socho, en Jekúthiël, den vader van Zanóah; en die zijn kinderen van Bitja, de dochter van Faraö, die Mered genomen had.