Plaatsnaam
Betekenis: Plaats van jonge mannen – keuze – moedig
Een plaats ten oosten van Jeruzalem, op de weg naar de Jordaanvallei. Hier woonde Simeï, die geweld tegen David gebruikte en hier verborgen Jónathan en Ahimáäz zich.
Bijbelverzen:
(2 Samuël 3:16) En haar man ging met haar, al gaande en wenende achter haar, tot Bahûrim toe. Toen zeide Abner tot hem: Ga weg, keer weder. En hij keerde weder.
(2 Samuël 16:5) Als nu de koning David tot aan Bahûrim kwam, ziet, toen kwam van daar een man uit, van het geslacht van het huis van Saul, wiens naam was Simeï, de zoon van Gera; hij ging steeds voort, en vloekte.
(2 Samuël 17:18) Een jongen dan nog zag hen, en zeide het Absalom aan; doch die beiden gingen haastelijk, en kwamen in eens mans huis te Bahûrim, dewelke een put had in zijn voorhof, en zij daalden daarin.
(2 Samuël 19:16) En Simeï, de zoon van Gera, een zoon van Jemini, die van Bahûrim was, haastte zich, en kwam af met de mannen van Juda, den koning David tegemoet;
(1 Koningen 2:8) En zie, bij u is Simeï, de zoon van Gera, de zoon van Jemini, uit Bahûrim, die mij vloekte met een geweldige vloek, ten dage als ik ging naar Mahanáïm; doch hij kwam af mij tegemoet aan de Jordaan, en ik zwoer hem bij den HEERE, zeggende: Zo ik hem met het zwaard dode!