Eigennaam ♂
Betekenis: Nobel – edel
De zoon van Elása, een nakomeling van koning Saul en vader van zes zonen
Bijbelverzen:
(1 Kronieken 8:37) En Moza gewon Bina; zijn zoon was Rafa; zijn zoon was Elása; zijn zoon was Azel.
(1 Kronieken 8:38) Azel nu had zes zonen, en dit zijn hun namen; Azríkam, Bochru, en Ismaël, en Searja, en Obádja, en Hánan. Al dezen waren zonen van Azel.
(1 Kronieken 9:43) En Moza gewon Bina; wiens zoon was Refája; wiens zoon was Elása; wiens zoon was Azel.
(1 Kronieken 9:44) Azel nu had zes zonen, en dit zijn hun namen: Azríkam, Bochru, en Ismaël, en Searja, en Obádja, en Hánan; dezen zijn Azels zonen.