Verzoeking


Is anders dan Verleiding, die beoogt de gelovige van zijn weg af te brengen, een beproeven, testen van iemands trouw (Gen. 22:1; Ex. 15:25; Hebr. 11:17; Jak. 1:13), waardoor hij sterker uit de strijd tevoorschijn kan komen. Het is het gebed van een nederige gemeente, die zichzelf niet onkwetsbaar acht, dat vraagt: leid ons niet in verzoeking (Matt. 6:13; Luc. 22:40). Als verteld wordt over de verzoeking van Jezus of de discipelen (Matt. 4:1; 1 Kor. 7:5; 1 Tess. 3:5), dan is de duivel in het spel. We zouden dan beter van Verleiding kunnen spreken. Omgekeerd kunnen ook mensen God of Jezus ‘verzoeken’. Zij proberen hoever zij kunnen gaan, zij trachten Hem tot een misstap, onwaarheid of ontrouw te bewegen (Num. 14:22; Ps. 78:41; 106:14; Matt. 19:3; 22:35). ‘Gij zult de HEER uw God niet verzoeken!’ (Deut. 6:16; Matt. 4:7).