Godvrezende, zoon van een gelovige joodse moeder Eunike, en een Griekse vader; medewerker van Paulus (Hand. 16:1-3) die in het bijzonder gewerkt heeft in Tessalonika (1 Tess. 3:2 v) en Korinte (1 Kor. 4:17; 16:10 v). Twee brieven aan Timoteüs gericht, maken deel uit van de bijbelse canon.