Stoel


Gr. kathedra. troon. Zitten wordt een enkele maal genoemd in de bijbel, een zetel voor een geëerde gast (2 Kon. 4:10), zitplaats van de priester Eli bij de tempeldeur (1 Sam. 1:9). Dat oudtijds staande werd voorgelezen uit de Schriften vinden we in Neh. 8:5 (Ezra stond op een houten verhoging) en Luc. 4:16. Dat zittend uitgelegd werd (op een preekstoel) zegt ons o.a. Luc. 4:20. De Griekse kathedra is later de bisschopszetel. De kerk waar deze zich bevindt is een kathedraal. De ‘stoel van Mozes’ is een erezetel in de synagoge voor de schriftgeleerde. De naam wil benadrukken dat de rabbi in de Mozaïsche traditie ‘zit’ (Matt. 23:2).