Als Jezus de overlevering der oudsten kritiseert, bedoelt Hij de mondelinge leer, die naast de geschreven halacha werd doorgegeven en die volgens de Farizeeën even verbindend was als de torah zelf (Matt. 15:2 vv; Mare. 7:3 vv; vgl. GaF 1:14; Kol. 2:8). Overigens heeft ook Paulus zijn boodschap verkondigd op grond van door hem ontvangen mondelinge overlevering (1 Kor. 11:23) en spoort hij de gemeente aan zich aan de door hem gegeven overlevering (traditie) te houden (2 Tess. 2:15, vgl. 3:6; Fil 4:9).