Akkadisch: ninoea = woning, woonplaats, de hoofdstad van het roversrijk Assyrië op de linkeroever van de Tigris, waar koningen als Sanherib (vgi. 2 Kon. 19:36), Esarhaddon en Assurbanipal paleizen en tempels bouwden. Ninevé werd in 612 v. Chr. door Meden en Babyloniërs verwoest (vgl. Nah. 1:1; 2:9; 3:7; Sef. 2:13). Jona was de boetgezant in de stad (Jona 1:2-4:11; vgl. Matt. 12:41).