Leiden


De herder leidt zijn kudde. Omdat Mozes herder was geweest, kon hij leider van een volk worden (Ex. 3:1, 10). Daarbij ligt het accent op het bevrijdend aspect ervan: hij leidde het volk uit Egypte (3:11 v; 6:25, etc., in totaal 64 x!). Maar uit veel plaatsen blijkt dat het de HEER zelf is, die door Mozes, Israël uitleidde en naar het beloofde land leidde (Ex. 12:51; Deut. 4:37; 8:2; Jes. 48:21). En Hij ging niet alleen het volk in vroeger tijden voor, Hij leidt ook mensen afzonderlijk, op een rechte weg, in waarheid, op het pad van het leven (Ps. 23:3; 25:5; 48:15; 139:24). Het is de Geest, die Jezus en zijn volgelingen leidt (Luc. 4:1; Rom. 8:14; Gal. 5:18). Dit betekent voor de discipelen dat Jezus, de Messias, hun Leidsman is (Matt. 23:10; Hand. 5:31; Hebr. 2:10; 12:2).