Lankmoedig


Hebr. èrèk appajjiem = lange adem; een driftig kort aangebonden mens heeft een snelle adem. De verstandige bedwingt zijn lippen (Spr. 10:19). Een lankmoedige doet de strijd bedaren (Spr. 15:18). ‘De liefde is lankmoedig’ (1 Kor. 13:4). In het bijzonder wordt van God gezegd, dat Hij lankmoedig is (Ex. 34:6; Ps. 86:15; 2 Petr. 3:9). Dit mag echter bij mensen niet tot zorgeloosheid en gemakzucht leiden (Neh. 9:30; Rom. 2:4; 1 Petr. 3:20).