Grootmaken


‘Maakt met mij de HEER groot’ (Ps. 34:4) zou als uiting van een overmoedig mens, die zijn grenzen niet kent, kunnen worden opgevat. Maar in lofprijzing en dankzegging wordt de Naam van God hooggehouden en onder de mensen sterk en groot gemaakt (vgl. Gen. 12:2; Luc. 1:46; Hand. 10:46).