Aanzitten wordt in verschillende andere Bijbelvertalingen als ‘aanliggen’ geschreven. Of de mensen in de tijd van het Oude en Nieuwe Testament nu gewend waren om aan tafel te liggen of te zitten,...
Mensen wordt een opdracht of een ambt toevertrouwd, als opzichter (Genesis 39:4; Éxodus 1:11), officier (Éxodus 18:21), rechter (Deuteronomium 16:18), priester (1 Samuël 2:35), vorst (1 Samuël 25:30; Ezechiël 34:23) of landvoogd...
Het woord aanklager komt in de Statenvertaling niet voor. Wel in de Nieuwe Bijbelvertaling (Openbaring 12:10), namelijk: “Toen hoorde ik een luide stem in de hemel zeggen: ‘Nu zijn de redding, de...
Het aangezicht Is de toegekeerde zijde van mens of God en is dus vaak die mens of God zelf (Genesis 43:3; Genesis 43:15; Genesis 46:30; Handelingen 3:19).Iemand de nek toekeren is hetzelfde...