Waarheid

Is vnl. een vertaling van het Hebr. ‘émét, dat bestendigheid, zekerheid, duurzaamheid betekent, en ’emoenaa, vastigheid, betrouwbaarheid, trouw. Het Gr. alétheia is letterlijk: wat niet verborgen is. Het bijbels begrip waarheid wordt...

Weg

Hebr. dèrèk, Gr. hodos, heeft vaak de betekenis van levenswijze, manier van doen. Israël moet de weg van de geboden volgen (Deut. 8:6; 31:29; Ps. 103:7; 119:14 v, 27, 32). Dit is...

Wereld

Hebr. érèts, teebeel, Gr. kosmos = ordening, is onderworpen aan de Boze (1 Kor. 2:12; Joh. 12:31; 16:11), haar heer is de Satan (2 Kor. 4:4; Ef. 2:2; 1 Joh. 5:19). Deze...

Wachter

Hebr. tsoophee, uitkijk of sjomeer, Gr. phylax, die waakt op de stadsmuur (2Kon. 9:17; Ps. 127:1; Jes. 21:11; Ex. 33:2-6) in de nachtelijke straten (Hoogl. 3:3), in de schuilhut van de wijngaard...