Categorie: Jongeren

  • 22 maart

    Lees Handelingen 2:48.
    De profetie van Joël 2:28-32 wordt in Handelingen 2 vervuld. God liet zien dat het Nieuwe Verbond aangebroken was, in Jeruzalem, het centrum van het godsdienstige jodendom. Hij liet het ook zien aan godsdienstige Joden, die opgegroeid waren in het buitenland, maar nu in Jeruzalem woonden, door in hun taal te spreken. (De stad was sowieso drukker dan normaal, want er waren Joden, van heinde en verre naar Jeruzalem gereisd, om het “wekenfeest” te vieren).

    De apostel Petrus, die het woord neemt, houdt een paaspreek. Hij legt uit dat de Heere Jezus opgestaan is, als vervulling van oudtestamentische profetieën. En dat het de Heere Jezus is die verantwoordelijk is voor deze gebeurtenis. Petrus spreekt nadrukkelijk en officieel de aanwezige Israëlitische mannen aan zich te bekeren tot hun Messias.

    De “komst van de Heilige Geest” was het bewijs van de foute inschatting van de leidslieden van Israël. Jezus was wel degelijk Degene die Hij beweerde te zijn. Veel Israëlieten reageren dan ook aangeslagen op de prediking en op die dag bekeerden zich 3000 mensen tot de Heere Jezus Christus.

    Op de pinksterdag werden de apostelen publiekelijk één doordat ze dezelfde gebeurtenis meemaakten. Het was voor iedereen duidelijk dat de apostelen een speciale groep waren. Ze waren de volgelingen van Jezus en ze werden vanaf dat moment getuigen van Jezus Christus. Christus is Grieks voor Gezalfde. In het Hebreeuws is Gezalfde Messias.

    Feitelijk werd de Heere Jezus pas de Gezalfde Gods bij de opstanding (Handelingen 2:36). De apostelen gingen vanaf dat moment spreken van de opgestane Heer. Ze begonnen te vertellen van de dingen die zij gezien hadden. De Gemeente trad in werking. Zij werden met bijzondere kracht gevuld om te spreken in talen die ze niet kenden.

  • 23 maart

    Het evangelie wordt in Handelingen eerst en vooral aan het Joodse volk aangeboden, inclusief hun leidslieden. Maar ze hebben het niet gewild. Ze vervolgden de apostelen en hun bekeerlingen. Nu was voor God het moment aangebroken om zijn verborgen plan te ontvouwen. Dat de Gemeente niet gebouwd zou worden uit Joden alleen, maar uit mensen van alle volkeren. In Handelingen vind je dan ook een overgang van aards naar hemels koninkrijk.

    Steeds in Handelingen zie je dat de Heilige Geest op een groep mensen “valt”. Als de Geest op mensen valt, gaan ze met vreemde talen spreken. Je ziet in Handelingen dat God officieel laat zien dat het Nieuwe Verbond niet beperkt is tot Joden alleen. Eerst valt de Heilige Geest op de Joodse discipelen, daarna op de Samaritanen (overblijfsel van de tien stammen van Israël), daarna op gewone heidenen.

    Lees Handelingen 8:14-17 over de Samaritanen.
    Lees nu Handelingen 10:34-47 en Handelingen 11:14-18.

    Petrus wordt door de Heer naar Cornélius, een Romein, gestuurd. Hij nodigt zijn vrienden uit om naar de boodschap van Petrus te luisteren. Een heel gezelschap heidenen.

    In Azië (Turkije) komt de Geest wat later (Handelingen 19:16). Zij zijn ook gewoon heidenen. Deze late datum heeft waarschijnlijk te maken met Paulus’ bediening, die beschermd werd door de Heer. Eerst hield de Heilige Geest Hem tegen om naar Azië te gaan. Als hij er later toch komt, blijft hij er wel twee jaar. Daarna wordt hij vrij snel gevangen genomen in Jeruzalem. De oorzaak voor zijn gevangenneming is de beschuldiging door Joden uit Azië.

    Het valt op dat het boek Handelingen steeds “de Geest” als eigennaam gebruikt. In geen ander nieuwtestamentisch boek wordt zo vaak over God als “de Geest” gesproken.