Categorie: Jongeren

  • 08 februari

    Exodus 14:22
    En de kinderen Israëls zijn ingegaan in het midden van de zee, op het droge; en de wateren waren hun een muur, aan hun rechter en aan hun linkerhand.

    We hebben gezien dat wedergeboorte in de eerste plaats van toepassing is op de Here Jezus, daarna wordt het toegepast op alle gelovigen die na de opstanding van de Here Jezus tot geloof zijn gekomen. “Gij, die Mij gevolgd zijn in de wedergeboorte”. (Matthéüs 19:28)

    Vervolgens wordt het begrip wedergeboorte ook toegepast op het volk Israël. Na de opname van de Gemeente, zal Israël als eerste volk, uit alle andere volken worden wedergeboren. De natuurlijke geboorte van het volk Israël was tijdens de uittocht uit Egypte. Je kunt dit land zien als de natuurlijke moeder van Israël. Dat is waarschijnlijk ook de reden dat er tot vandaag een speciale relatie bestaat tussen Israël en Egypte. Egypte was ook het eerste land in het Midden-Oosten dat vrede sloot met Israël.

    Vanaf het moment dat Jakob, die van God bij Pniël de naam Israël had gekregen, zich met zijn familie in Egypte vestigde, was Egypte feitelijk zwanger. De negen plagen die over Egypte kwamen kun je dan ook vergelijken met de negen maanden van een zwangerschap. De tiende plaag kwam zowel over Israël als Egypte. Beide volkeren konden daaraan ontsnappen, door het bloed aan de deurpost. Dit is een beeld van de dood en opstanding van de Here Jezus. De negende letter van het Hebreeuwse alfabet is een “thet”, wat “baarmoeder” betekent. Israël moest dus verlost worden uit Egypte. Dat was niet gemakkelijk. Het had per slot van rekening enkele eeuwen deel uitgemaakt van Egypte.

    “. . . zo deed de Here de zee weggaan…” “en maakte de zee droog, en de wateren werden gekliefd”.

    Zoals het ook gaat met een geboorte. Het water breekt. Zo werd Israël geboren of verlost.

  • 09 februari

    Exodus 16:3
    En de kinderen Israëls zeiden tot hen: Och, dat wij in Egypteland gestorven waren door de hand des Heren, toen we bij de vleespotten zaten, toen we tot verzadiging brood aten. Want gijlieden hebt ons uitgeleid in deze woestijn, om deze ganse gemeente door de honger te doden.

    Zoals we gisteren gezien hebben, is de uittocht uit Egypte de natuurlijke geboorte van het volk Israël. Daar ontstond de aardse natie Israël. Helaas verliep de geboorte niet helemaal zoals het had moeten gebeuren. De navelstreng, de natuurlijke verbindingslijn tussen moeder en kind, waarmee het kind gevoed wordt, was niet afgesneden. Dat is dan ook de reden waardoor het volk terug bleef verlangen naar Egypte. Egypte is in de Bijbel altijd een beeld van deze stoffelijke wereld.

    Deuteronomium 27 en 28 geven een verslag vooraf van wat er daarna met het volk Israël is gebeurd. Israël werd verstrooid onder de volken en zou naar Egypte terugkeren. Dat is ook inderdaad gebeurd. In 70 na Christus werd de tempel in Jeruzalem verwoest. Veel Joden zijn toen teruggekeerd naar Egypte. Men heeft zelfs geprobeerd zichzelf daar als slaaf te verkopen. Het eindigde dus zoals het begonnen was, als slaaf in Egypte.

    Sindsdien is de Joodse staat een dode staat, of zoals de Bijbel zegt een “dood lichaam”. “En uw dood lichaam zal aan alle gevogelte des hemels, en aan de beesten der aarde tot spijze zijn; en niemand zal ze afschrikken”. (Deuteronomium 28:26) Het woord dood heeft hier niet de betekenis zoals wij dat kennen in de zin van “ophouden te bestaan”, maar het Bijbelse begrip dood heeft te maken met scheiding of verbroken gemeenschap. Er is geen communicatie meer.

    Israël wilde zich niet afhankelijk stellen van de Heer. Het resultaat hiervan was dat God Zijn aangezicht voor haar verborg. Deze waarheid wordt in verschillende profetieën herhaald.