Categorie: Jongeren

  • 06 december

    Zacharia 14:1, 2
    (1) Ziet, de dag komt den HEERE, dat uw roof zal uitgedeeld worden in het midden van u, o Jeruzalem! (2) Want Ik zal alle heidenen tegen Jeruzalem ten strijde verzamelen; en de stad zal ingenomen, en de huizen zullen geplunderd, en de vrouwen zullen geschonden worden; en de helft der stad zal uit­ gaan in de gevangenis; maar het overige des volks zal uit de stad niet uitgeroeid worden.

    We hebben gezien dat het volk Israël aangevallen en verdrukt zal worden. Het wordt ingesloten in Jeruzalem en niemand kan er meer uit. Maar wanneer gebeurt dit dan allemaal? Kunnen wij uit de Bijbel daarvoor aanwijzingen vinden? Op diverse plaatsen spreekt de Bijbel, net als hier in vers 1, over de dag van/voor de Heer. Er komt een dag van de Heere, waarop Hij vergelding doet aan Jeruzalem. Zoals Daniël de profeet dat ook voorzegt heeft in Daniël 9. Dat is aan het einde van de 70-ste week. Die week (= periode van zeven jaar) begint wanneer de Gemeente van Christus is opgenomen en er een verdrag is gesloten over de stad Jeruzalem. Van die week zegt Daniël, dat er de eerste helft vrede zal zijn en dat er weer een heiligdom voor de Joden zal zijn. Bij de tweede helft wordt dat verdrag opgezegd en komt er een verdrukking en alles zal verwoest worden. Dat staat vast! Er komen vijandige legers in het land Israël, en zij zullen alles onder de voet lopen.

    Alleen zij die de Naam des Heeren aangeroepen hebben, zullen gered worden als de Heere Jezus op de Olijfberg staat bij Zijn wederkomst. Zij kunnen dan via de vallei, die ontstaat, ontsnappen naar een plaats in de woestijn. Van daaruit zullen ze weer teruggebracht worden naar het beloofde land, onder leiding van Christus en daar het land herstellen. Ook zullen de 144.000 uitverkorenen het evangelie verkondigen aan heel de wereld. Daarna zal het 1000-jarig vrederijk beginnen met Christus op de troon in Jeruzalem. Aan het einde van het vrederijk zal de satan nog een keer losgelaten worden en zal de mensen nog eens verleiden tot één oorlog tegen Christus. Daarna wordt hij gegooid in de poel van vuur. Dan wordt het oordeel geveld over deze schepping. En tot slot worden er nieuwe hemelen en een nieuwe aarde geschapen.

     

  • 05 december

    2 Thessalonicenzen 2:1-4
    (1) En wij bidden u, broeders, door de toekomst van onzen Heere Jezus Christus, en onze toevergadering tot Hem, (2) Dat gij niet haastelijk bewogen wordt van verstand, of verschrikt, noch door geest, noch door woord, noch door zendbrief, als van ons geschreven, alsof de dag van Christus aanstaande ware. (3) Dat u niemand verleide op enigerlei wijze; want die komt niet, tenzij dat eerst de afval gekomen zij, en dat geopenbaard zij de mens der zonde, de zoon des verderfs; (4) Die zich tegenstelt, en verheft boven al wat God genaamd, of als God geëerd wordt, alzo dat hij in den tempel Gods als een God zal zitten, zichzelven vertonende, dat hij God is.

    Er waren mensen in Thessalonica die de gelovigen bang maakten. Kennelijk gebeurden er toen ook veel dingen die mensen in verwarring brachten. Men zei dan dat er een profetie of een openbaring was geweest, dat het einde van deze wereld gekomen was. Deze mensen zijn er nu nog. Zij vertellen bijvoorbeeld dat het oordeel over Nederland voor de deur staat, want daarover had God tot hen gesproken of ze hadden een visioen gehad. En ze maken de mensen bang door te zeggen dat de “dag des Heeren” aanstaande is. Dat het oordeel over de wereld voltrokken zal worden! Die mensen toen maakten het zo bont door te zeggen dat ze zelfs een brief van de apostel Paulus hierover hadden ontvangen.

    Maar Paulus wilde de gelovigen van toen en nu laten zien dat God een Plan heeft gemaakt en dat Hij dat Plan uitwerkt. Hij wijkt niet af van dat Plan. Alles daarin heeft een vaste volgorde. Dat geldt ook voor de dag des Heeren. Mensen konden toen niet, en kunnen ook nu niet, zomaar vertellen dat die dag er aankomt om daarmee mensen bang te maken. Bovendien leven wij in een periode waarin de genade heerst. Wij worden niet meer veroordeeld als wij geloven in de Heere Jezus Christus. Hij heeft dat oordeel gedragen en wij zijn vrijgesproken. Maar als je wilt weten wanneer de dag des Heeren komt, dan moet je je laten onderwijzen door Gods Woord. Dan weet je dat die dag komt wanneer heel de wereld in duisternis is.