Categorie: Jongeren

  • 28 september

    Hoofd en lichaam
    Als we Éfeze 5:22-33 doorlezen, zien we dat de relatie tussen Christus en de Gemeente als voorbeeld voor een huwelijksrelatie wordt gebruikt. In dat Schriftgedeelte komen meerdere fundamentele zaken aan de orde, die God bij de schepping al heeft bepaald. Het zijn niet zozeer voorgeschreven wetten, maar veeleer principes die God vanwege hun geestelijke betekenis in de schepping heeft gelegd. Als we deze natuurlijke – door God bepaalde – “wetmatigheden” opvolgen zal Hij dat zegenen. (1) Trouw aan deze goddelijke principes in de scheppingsorde zijn, is een eerste vereiste (zie ook dag 18).

    Vers 22, 24: De vrouw zal de man onderdanig zijn omdat de Gemeente (schepping) dit aan Christus (Schepper) is. Dit betekent niet dat de vrouw minder is, maar van Godswege een andere positie en verantwoordelijkheid gekregen heeft.
    Vers 23: De man is verantwoordelijk voor de vrouw als hoofd van het gezin, zoals Christus als Hoofd van Zijn Gemeente verantwoording draagt en haar in stand houdt. Helaas zien we soms dat de man deze taak niet op zich neemt. Hoe zou God hun huwelijk kunnen zegenen?
    Vers 24-27: De man zal zich inzetten voor het geestelijk welzijn van zijn vrouw, zoals Christus Zich volledig inzet voor het welzijn van Zijn Gemeente. Veel mannen lijken de reikwijdte van deze verzen niet te beseffen! Het maakt de man verantwoordelijk voor het geestelijk welzijn van zijn vrouw.
    Vers 28, 29: De man zal – als voor eigen lijfsbehoud – zijn vrouw liefhebben, koesteren en onderhouden, zoals Christus de Gemeente. De man is ook verantwoordelijk voor het lichamelijk welzijn van zijn vrouw. Dit is meer dan alleen maar zorgen voor onderdak en brood op de plank. Het gaat heel letterlijk om je naaste (je vrouw staat immers naast jou) liefhebben als jezelf!
    Vers 31, 32: Als je alle genoemde verzen goed doorleest en overdenkt, dan blijkt dat zowel man als vrouw elkander dienen, echter wel vanuit een verschillende positie. God heeft dit met het oog op Christus en de Gemeente zo geregeld!

    1. Lees bijvoorbeeld 2 Korinthe 9:6 en Éfeze 6:1-3.

    Vraagje: Waaruit blijkt in jullie huwelijk dat jullie elkaar dienen? 

  • 03 oktober

    Lees: Matthéüs 26:17-19, 26-30 

    Nieuwe instellingen
    Paulus zegt over het Oude Testament: “de Wet is geestelijk”. Dat wil zeggen: Alle instellingen hebben ook een betekenis en de betekenis is belangrijker dan het offer zelf. Oftewel, alle offers wijzen op één of andere manier op de Here Jezus. Ze zijn een “schaduw van het toekomende”. Zij spreken van het plaatsvervangend sterven en opstaan van de Here Jezus. Dat is “het toekomende” zelf. 

    De Bijbel maakt duidelijk dat met de dood en opstanding van de Here Jezus een einde gekomen is aan de Wet. Alle offers en dergelijke spraken immers over Hem. Nu is Hij er en is dat dus vervuld! Je kunt het vergelijken met een briefje dat je krijgt met daarop de belofte dat je over een maand je nieuwe fiets ontvangt (vanwege de levertijd). Op het moment dat de fiets er is, kan het briefje in het archief en heeft het geen waarde meer. Zo is het ook met de Wet. 

    Wij hebben geen set met regeltjes van wat de Heer van ons verlangt om Hem te behagen. (Dat is natuurlijk in wezen wat religie is). Toch wordt er wel gezegd dat de Heer twee “nieuwe” instellingen gegeven heeft aan ons. De “Doop” en het “Avondmaal”. Zowel Doop als Avondmaal hebben een betekenis en bepalen ons bij de Heer, die voor ons immers onzichtbaar is. Het is niet zo dat je je letterlijk moet laten dopen (omdat je anders niet behouden zou zijn) of dat je elke week avondmaal moet vieren. Het is wel zo dat er een heel rijke betekenis aan beide “rituelen” vast zit. 

    Hoewel beide “sacramenten”, zoals ze ook wel genoemd worden, “nieuwe” instellingen zijn, zijn ze toch ook weer niet helemaal nieuw. Ze zijn beide nauw verbonden met wat we leren vanuit het Oude Testament. De Doop grijpt, bijvoorbeeld, terug op de verlossing uit Egypte door de Schelfzee heen. Het Avondmaal grijpt terug op de instelling van het Pascha bij de uittocht van Israël uit Egypte. Daarover morgen meer.