Omschrijving NAAM
Elam was
- De oudste zoon van Sem;
- een hoofd van de stam Benjamin en een zoon van Sasak;
- Een voorouder van een familie die terug keerde uit ballingschap met Zerubbabel;
- Een hoofd die het verbond tekende met Nehemia
- Een priester die hielp bij de inwijding van de muur van Jeruzalem ten tijde van Nehemia;
- een landstreek ten oosten van Babylonië. De Elamieten waren goede boogschutters en gevreesde vijanden van Babyloniërs en Assyriërs. Een bekende plaats was de burcht Susan, waar Daniël het visioen van de ram en de bok kreeg.
Bijbelverzen
Genesis 10:22, Genesis 14:1, Genesis 14:9, 1 Kronieken 1:17, 1 Kronieken 8:24, 1 Kronieken 26:3, Ezra 2:7, Ezra 2:31, Ezra 8:7, Ezra 10:2, Ezra 10:26, Nehémia 7:12, Nehémia 10:14, Nehémia 12:42, Jesaja 11:11, Jesaja 21:2, Jesaja 22:6, Jeremía 25:25, Jeremía 49:34, Jeremía 49:36, Jeremía 49:37, Jeremía 49:38, Ezechiël 32:24, Daniël 8:2