Harsa


Eigennaam ♂

Betekenis: Arbeider – tovenaar – doof

Vader van de kinderen die behoorden tot de families van Nethínim, die met Zerubbábel uit Babylon terugkwamen.

Bijbelverzen:

(Ezra 2:52) De kinderen van Bazluth, de kinderen van Mehída, de kinderen van Harsa;

(Nehémia 7:54) De kinderen van Bazlith, de kinderen van Mehída, de kinderen van Harsa;