In de brief aan de Hebreeën lezen we dat de Heer Jezus de borg is van een beter verbond dan het oude verbond, dat gebaseerd was op de wet. Net zoals in de Hebreeënbrief gaat het in de brief van de apostel Paulus aan de Galaten ook over de tegenstelling tussen wet en genade—het oude verbond tegenover het nieuwe verbond.
De broeders en zusters in de gemeente van Galatië hadden een probleem. Ze waren tot geloof gekomen en hadden nieuw leven ontvangen door hun geloof in de Heer Jezus Christus. Maar in hun dagelijks leven probeerden ze telkens opnieuw te leven onder de wet, het oude verbond. Dat kan natuurlijk niet! Paulus reageert hier erg fel op in zijn brief.
Galaten 3:1-3
(1) O dwaze Galaten, wie heeft u betoverd om de waarheid niet te gehoorzamen; u voor wie Jezus Christus eerder voor ogen is geschilderd alsof Hij onder u gekruisigd was? (2) Dit alleen wil ik van u vernemen: Hebt u de Geest ontvangen uit de werken van de wet, of uit de prediking van het geloof? (3) Bent u zo dwaas? U die met de Geest begonnen bent, gaat u nu eindigen met het vlees?
Als je dus nieuw leven ontvangen hebt en daarna onder de wet gaat leven, dan ben je niet goed wijs, dan ben je “gek” geworden, zegt de apostel Paulus.
En dat vinden wij toch ook?