(zich) Beroemen – De waarschuwing zich niet te beroemen op eigen prestatie of vermogen is een vermaning zich niet te vergroten en God te verkleinen. Men beroeme zich niet op zijn leger (Ps. 20:8), rijkdommen (Ps. 49:7), afgoden (Ps. 97:7), de wet (Rom. 2:23), mensen (1 Kor. 3:21), maar alleen op God (1 Kron. 16:10; Ps. 105:3; Jer. 4:2). ‘Zal een bijl roemen tegen hem, die ermee hakt?’ (Jes. 10:15). De zelfverheffing van de christelijke gemeente boven Israël, is een oerzonde der kerk (Rom. 11:18).